Zegelstempels waren de handtekeningen uit het verleden. Tot halverwege de 20e eeuw werden ze nog regelmatig gebruikt voor het autoriseren van bijzondere documenten. Het stempel waar het hier om gaat is een zegelstempel van de plattelandsstad Grootebroek met het wapen en een ivoren handgreep. Grootebroek kreeg al in 1364 stadsrechten en wel van hertog Albrecht van Beieren. Dit betekende dat de plattelandsstad een aantal privileges kreeg. Zo kon men bijvoorbeeld markten houden, belasting innen, rechtshandelingen verrichten en documenten opstellen. Voor dit laatste had men een identificatiemiddel nodig, een stempel met daarin het wapen van Grootebroek. Dit wapen zien we terug in het zegelstempel.
Eeuwenoud
Een van de deskundigen die onderzoek heeft gedaan naar het stempel is Hans van der Neut, auteur van het boek Zegelstempels; handtekeningen uit het verleden. Hij constateert dat het stempel gelijkenis vertoont met het stempel van koopman Pieter Gerritsz. Het zegelstempel van Gerritsz is afgebeeld op een schilderij van Maarten van Heemskerck uit 1529. Dit schilderij is eigendom van het Rijksmuseum. Andere historici hebben aanwijzingen dat het stempel in elk geval uit begin 1600 moet dateren, omdat na die tijd een ander wapen van Grootebroek werd gebruikt. In het Westfries Archief en het Zeeuws Archief zouden afdrukken bestaan die meer duidelijkheid kunnen geven. Het Westfries Museum gaat de komende tijd onderzoek doen om de werkelijke datering te achterhalen.
West-Fries boomwapen
In veel West-Friese zegelstempels is een boom en een of meerdere vogels en/of sterren te zien. Dit betekende meestal dat er meerdere dorpen waren samengevoegd tot één plattelandsstad. Grootebroek was in het verleden zo’n plattelandsstad, samen met Lutjebroek en Bovenkarspel.Het wapenveld van het stempel bevat een boom met in de takken 3 vijfpuntige sterren. Rond het wapen staat het omschrift SIGNET OPPIDI GROTEBROCANI, wat staat voor ‘zegel van de stad Grootebroek’.
Teken van rijkdom
Er zijn meerdere oude zegelstempels van plattelandssteden van West-Friesland bekend. Deze dateren echter vrijwel allemaal van na 1815, toen koning Willem I de Hoge Raad van Adel opdracht gaf om de originele oude stadswapens in ere te herstellen door die opnieuw te laten bevestigen.Zegelstempeldeskundige Hans van der Neut is bij zijn onderzoek geen stempels tegengekomen met een ivoren greep, zoals bij het nu aangekochte exemplaar. Hij noemt het bijzonder dat een klein dorp met weinig poorters over een dergelijk stempel kon beschikken. ‘Dit is een teken van rijkdom. Zeer waarschijnlijk heeft Grootebroek ook maar 1 stempel gehad voor het zegelen van zijn belangrijkste documenten. Het belangrijkste is de cultureel- historische waarde van het stempel. Een tweede zal niet zo snel worden gevonden. Zeker niet als je bedenkt dat hij misschien al zo’n 500 jaar oud is. ‘