HOORN - Het onderzoek naar de dood van Mariska Mast in Honduras in 2008 wordt door het Openbaar Ministerie Noord-Holland stopgezet. Dit omdat een eenduidige doodsoorzaak niet is vast te stellen, er geen sprake is van een redelijk vermoeden van schuld aan een strafbaar feit en de onderzoeksmogelijkheden zijn uitgeput. Het meest waarschijnlijke scenario is dat de 23-jarige Mariska Mast is overleden als gevolg van een noodlottig ongeval. Het onderzoek was in 2017 heropend op verzoek van de vader van het slachtoffer.


In 2008 maakte Mariska Mast een backpackreis door Zuid-Amerika. In augustus reisde zij samen met een vriendin naar Roatán (Honduras) om duiklessen te volgen. Op 21 augustus, na die dag gedoken te hebben, gaat Mariska uit met een groep vrienden. Later die avond gaat Mariska met haar Engels/Australische duikleraar en zijn huisgenote mee naar hun appartement.

In de vroege ochtend wordt Mariska verschillende keren onwel, uiteindelijk moet ze worden gereanimeerd door de duikleraar. Na de eerste reanimatiehandelingen wordt ze per auto naar het ziekenhuis gebracht, waar ze overlijdt.

Onderzoeken in Honduras en Antwerpen

De Hondurese autoriteiten doen onderzoek naar de dood van Mariska en houden de duikleraar en zijn huisgenote aan als verdachten. Er worden twee forensische onderzoeken gedaan in Honduras, die allebei als conclusie hebben dat Mariska is omgebracht. Inmiddels is het voorarrest van de duikleraar opgeheven en hij vertrekt naar Australië. Zijn huisgenote verlaat het land ook, maar wordt later weer aangehouden en uitgeleverd aan Honduras. Ze zit daar een jaar vast voor ze wordt vrijgesproken.

Op verzoek van misdaadverslaggever Peter R. de Vries wordt er in 2011 nieuw onderzoek gedaan in Nederland. Daaruit blijkt dat de onderzoeken in Honduras niet goed zijn uitgevoerd. Geweld als doodsoorzaak ligt niet voor de hand, concludeert arts-patholoog Van der Goot. Daarop laat de familie sectie verrichten op het lichaam van Mariska. Conclusie van die sectie – uitgevoerd door het Universitair Ziekenhuis Antwerpen – is dat Mariska een schedelbreuk heeft die veroorzaakt kan zijn door geweld.

Noodlottig ongeval

Na de heropening van het onderzoek in 2017 door politie en OM Noord-Holland is er opnieuw forensisch onderzoek gedaan, door het Nederlands Forensisch Instituut (NFI) en Maastricht Universitair Medisch Centrum (MUMC). Uit dat onderzoek blijkt dat Mariska toch geen schedelbreuk had, wat daar voor werd aangezien was een schedelnaad (die iedere mens heeft). Dit betekent dat geweld als doodsoorzaak daarmee zeer onwaarschijnlijk is geworden. Dat wordt bevestigd door andere resultaten in dit onderzoek.

De conclusie van zeven jaar onderzoek is dat er geen eenduidige doodsoorzaak kan worden vastgesteld en dat een noodlottig ongeval het meest aannemelijke scenario is. De secties in Honduras en in België blijken onjuist te zijn. Het letsel past bij een val, zoals de duikinstructeur en zijn huisgenote ook hebben verklaard. Helemaal uit te sluiten valt dood door geweld niet, maar er is geen sprake is van een redelijk vermoeden van schuld aan een strafbaar feit. Omdat de onderzoeksmogelijkheden zijn uitgeput, wordt het strafrechtelijk onderzoek beëindigd. Wel willen politie en OM graag nog een keer met de duikinstructeur praten, maar die weigert tot nu toe medewerking aan een gesprek. Dat gesprek zou antwoorden op kunnen leveren op nog openstaande vragen in het onderzoek.